
In drukke periodes, of in periodes waarin ik niet heel erg lekker in mijn vel zit, moet ik altijd weer bij mezelf constateren dat ik harder word. Harder voor mezelf en daarmee, bijna automatisch, ook voor anderen. Nu ben ik niet per se iemand die altijd maar poeslief en gezellig is – ik kan een grote mond hebben en mijn humor is vaker wel sarcastisch dan niet, maar ik ben óók een heel zachtaardig persoon.